Nieuw station kan er nu écht komen: Rijk legt 34 miljoen euro in het laatje
In dit artikel:
De nationale overheid heeft 34 miljoen euro toegezegd voor de langbeoogde aanleg van een treinstation bij Hazerswoude‑Rijndijk, waarmee een jarenlange discussie over een station eindelijk een beslissende impuls krijgt. Wethouder Relus Breeuwsma (CDA, Alphen aan den Rijn) reageerde uitgelaten op het nieuws en zegt dat "alle seinen op groen" staan voor de realisatie; de eerste graafwerkzaamheden moeten uiterlijk in 2030 beginnen vanwege de voorwaarden van de subsidieregeling.
Het station is bedoeld als vervanging van het in 2012 verlaten RijnGouweLijn‑plan en moet onder meer een ongelijkvloerse kruising bij de Heineken‑brouwerij in Zoeterwoude omvatten. De bouw wordt gezien als essentieel om de bereikbaarheid te verbeteren en de verkeersdruk te beperken, zeker nu er circa 5.500 woningen gepland zijn in de nabijgelegen Gnephoekpolder. Tegelijk staat op de agenda om het aantal treinen tussen Leiden en Utrecht te verdubbelen.
De totale projectkosten bedragen ruim 200 miljoen euro. Naast de 34 miljoen van het Rijk leveren provincie Zuid‑Holland (13,3 miljoen), regio Holland Rijnland (1,3 miljoen, nog ter besluitvorming) en meerdere gemeenten bijdragen: Alphen aan den Rijn 3,2 miljoen, Leiden 3 miljoen (raad beslist nog), Zoeterwoude 1 miljoen en Bodegraven‑Reeuwijk 0,5 miljoen. Hoewel dit veel scheelt, blijft er nog een gat van meer dan 50 miljoen dat door de betrokken overheden moet worden dichtgemaakt.
Lokale actoren reageren positief maar kritisch. VVD‑gedeputeerde Frederik Zevenbergen spreekt van een belangrijke stap voorwaarts; dorpsoverlegvoorzitter en oud‑spoorwegingenieur Harry Körmeling noemt de subsidie "een goed bericht", maar pleit ervoor het huidige ontwerp aan te passen en te kiezen voor een ongelijkvloerse overweg om toekomstige sloop en extra kosten te voorkomen. Veel bewoners hanteren al jaren het motto 'eerst zien, dan geloven', maar er is nu breed vertrouwen dat het project daadwerkelijk doorgaat.
Het besluit sluit aan op een bredere rijksinvestering in infrastructuur rondom woningbouw: het demissionaire kabinet trekt ongeveer 2,5 miljard euro uit voor wegen, fietspaden en openbaar vervoer bij nieuwe woonwijken, plus extra middelen voor grootschalige woningprojecten en het versnellen van woningbouw in geselecteerde gebieden. Deze landelijke middelen maakten mede de subsidie voor Hazerswoude‑Rijndijk mogelijk.