Nieuwe uitvinding redt pasgeboren baby's als ze stoppen met ademen
In dit artikel:
In het LUMC in Leiden ontwikkelden onderzoeker Sophie Cramer en kinderarts Arjan te Pas een eenvoudig maar effectief hulpmiddel dat te vroeg geboren baby’s weer doet ademhalen wanneer ze stoppen: een zacht bandje met twee kleine luchtkamertjes dat over de borst wordt gelegd. Bij een apneu‑alarm sturen luidsprekers buiten de couveuse via slangetjes lucht naar die kamertjes, waardoor ze subtiel bewegen en dezelfde prikkel geven als zacht strelen of masseren van de huid. Omdat op de borst veel zenuwuiteinden zitten, blijkt die plek het meest effectief om de ademhaling te stimuleren.
De aanleiding was praktisch: verpleegkundigen gebruiken op de afdeling meer dan vijftig verschillende manieren om apneus te verhelpen, wat belastend is en soms te langzaam omdat ze bij een ander kindje bezig zijn. Het bandje — het prototype heet BOBBY — reageert direct zodra het alarm klinkt en activeert daarmee sneller dan een verpleegkundige ter plaatse kan zijn. In een ziekenhuisproef werden zestien te vroeg geboren kinderen met het systeem behandeld; ouders waren enthousiast over de resultaten en verpleegkundigen bleven tijdens de tests nog wel handmatig ingrijpen als back‑up.
Het prototype is in het LUMC gebouwd en vormt het onderwerp van Cramers promotieonderzoek. Nu moet het apparaat verder worden ontwikkeld en gecertificeerd; een speciaal opgericht bedrijf neemt dat proces over. Te Pas ziet ook toekomstmogelijkheden, bijvoorbeeld het laten trillen van het bandje op frequenties die lijken op de stem van de moeder, omdat de foetus die trillingen al kent.
Kort gezegd biedt de uitvinding een snelle, geautomatiseerde en zachte manier om ademstilstanden bij extreem vroeggeborenen te onderbreken, met potentie om standaardisatie van de zorg en werkbelasting van verpleegkundigen te verminderen — mits verdere ontwikkeling en goedkeuring volgen.