Ondernemer onterecht als fraudeur weggezet door gemeente, oordeelt ombudsman

woensdag, 3 september 2025 (12:17) - Omroep West

In dit artikel:

De Haagse gemeentelijke ombudsman Carina van Eck stelt in een rapport dat de gemeente Den Haag onterecht de indruk heeft gewekt dat een tussenpersoon fraudeerde bij subsidieaanvragen, waardoor diens reputatie is geschaad. Het gaat om een ondernemer die in de eerste helft van 2022 namens klanten 24 aanvragen indiende voor een subsidieregeling bedoeld om websites van bedrijven te verbeteren; elf van die aanvragen werden toegekend.

De gemeente raakte achterdochtig omdat veel aanvragen vrijwel identiek waren, sommige afkomstig leken uit een in 2019 opgeheven bedrijf van de tussenpersoon en enkele ondernemers aangaven niets van een aanvraag te weten. In april 2023 liet de gemeente het adviesbureau Berenschot een onderzoek uitvoeren naar de besteding van het subsidiegeld. De tussenpersoon werd hierover geïnformeerd en om medewerking gevraagd; de gemeente stelde dat het onderzoek vertrouwelijk was.

Wat echter volgens de ombudsman fout ging, is dat de gemeente tegelijkertijd zijn klanten informeerde en in die brief suggereerde dat er signalen waren dat hij mogelijk niet volgens wet- en regelgeving had gehandeld. Die stap gaf de indruk van een vermoeden van fraude en leidde tot reputatieschade. De tussenpersoon kwam pas later via een Woo-verzoek achter de inhoud van die klantbrieven.

Na enkele maanden onderzoek bleek er geen bewijs voor de door de gemeente gesuggereerde misstanden. De gemeente heeft dit volgens de ombudsman laat aan de tussenpersoon meegedeeld en zijn klanten zijn tot op heden niet geïnformeerd over de uitkomst. De ombudsman oordeelt dat de handelwijze in strijd is met beginselen van evenredigheid, fair play, transparantie en dat hoor en wederhoor onvoldoende is toegepast.

Als herstelmaatregelen adviseert de ombudsman dat de gemeente een herstelbrief stuurt aan de klanten waarin zij erkent dat de aankondiging onjuist was en aangeeft welke passages onjuist waren. Ook moet de gemeente de tussenpersoon een passende reactie geven op zijn klachten. De gemeente is verzocht binnen vier weken te reageren op deze adviezen.