Pistool in mond onschuldige slijterijmedewerker om gestolen cocaïne: 'Je weet wel wat er in zit'
In dit artikel:
Op 8 en 10 oktober vorig jaar werd in en rond Alphen aan den Rijn en Ter Aar een slijterijmedewerker, hier ‘Marc’ genoemd (pseudoniem), op gruwelijke wijze geïntimideerd om een partij gestolen cocaïne terug te krijgen. De officier van justitie eist tegen de hoofdverdachte Joshua P. (33) 8,5 jaar gevangenisstraf en tegen medeverdachte Martino N. (39) 2,5 jaar. Tegen P. lopen daarnaast zwaardere aanklachten, waaronder het voorbereiden van een liquidatie, vuurwapenbezit en heling.
De zaak speelt zich af rondom drankenhandel Bruyntje Beer; de eigenaar was op vakantie toen Marc toezicht hield op de loods in Ter Aar. Daar ontdekte hij stapels dozen met daarin, volgens het dossier, in folie verpakte blokken met cocaïne. Kort daarna werd uit die loods ingebroken en verdwenen de dozen. Directe aanstichters wendden zich tot Marc: via een contactpersoon (bekend als Lakshan) kreeg hij bedreigingen en werd later gelokt naar de Bloemenstraat in Papenveer, waar Joshua P. en Martino N. hem opwachtten in een Volkswagen Caddy.
Op videobeelden van die confrontatie is te zien dat Marc gedwongen in de laaddeur van de Caddy moest zitten; volgens zijn verklaring werd hem een vuurwapen in de mond gedrukt en werden persoonlijke gegevens van zijn vrouw en dochter genoemd. Op de beelden zelf is het pistool niet zichtbaar. Geschrokken meldde Marc de bedreiging direct bij de politie; kort daarna werden hij en zijn gezin uit huis gehaald en ondergebracht op een veilige locatie.
De intimidatie maakte deel uit van een bredere geweldsgolf aan het einde van vorig jaar, die volgde op de diefstal van een partij cocaïne uit de Antwerpse haven in augustus 2024. Die drugs werden via Oud-Gastel verdeeld; een deel lag volgens het OM in de loods van Bruyntje Beer. Na de bedreiging vonden meerdere zware aanslagen plaats: diezelfde dag werd het huis van de drankenhandeleigenaar beschoten met een Kalasjnikov, er hing een bom aan Marc’s deur, een dag later ontplofte een bom bij familie van de eigenaar in Rijnsaterwoude en opnieuw werd de voordeur van Marc beschoten.
Tijdens de zitting maakten de verdachten grotendeels gebruik van hun zwijgrecht; N. sprak zich kort uit en ontkende betrokkenheid. Uit het dossier blijkt dat alleen de eigenaar van de loods op de hoogte zou zijn geweest van de aanwezigheid van “iets anders” in zijn opslagruimte. Hij is nog verdachte, maar het OM heeft nog geen beslissing genomen over vervolging.
De zaak illustreert de escalatie die kan optreden na grootschalige drugsdiefstallen: intimidatie, geweld en risico’s voor omwonenden en betrokkenen spelen een centrale rol in het lopende strafproces.