Vanaf maandag eerste babyprik tegen gevaarlijk RS-virus
In dit artikel:
Vanaf maandag kunnen pasgeboren baby's in Nederland een prik krijgen tegen het RS‑virus bij de centra voor jeugd en gezin. Het advies om direct zuigelingen te immuniseren kwam van hoogleraar Louis Bont (Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht) en is overgenomen. Jaarlijks belanden circa 3.000 Nederlandse zuigelingen met een RS‑infectie in het ziekenhuis; ongeveer 200 daarvan hebben beademing op de intensive care nodig. Bont waarschuwt dat vooral baby’s vanaf de tweede levensmaand kwetsbaar zijn — in de eerste maand biedt de maternale immuniteit nog enige bescherming — en hij benadrukt de ernst met de woorden: "Kinderen stikken dan."
De gebruikte stof heet Beyfortus; technisch gesproken is het geen vaccin maar immunisatie omdat kant‑klare antistoffen worden toegediend. Die geven directe bescherming en blijven ongeveer een half jaar werkzaam. Dat dekt de risicoperiode: daarna heeft het kind meestal zelf antistoffen opgebouwd en zijn de luchtwegen groter en sterker, waardoor een besmetting minder vaak zwaar verloopt.
De injecties worden seizoensgebonden gegeven (alleen tussen september en april), daarom komen ook baby’s die sinds april zijn geboren in aanmerking. De prik is vrijwillig; Bont noemt weinig argumenten om deze te weigeren, mede vanwege de relatief hoge kans dat een gezonde baby (een op de 56) ziekenhuiszorg nodig heeft na een RS‑infectie en de veiligheid van de immunisatie. Als alternatief bestaat vaccinatie van de zwangere moeder, maar de deskundigen kozen voor directe bescherming van het pasgeboren kind.